Bob Dylan in Afas Live; de meester aan het werk

Met een half oog en met een kater door een korte nacht lees ik de recensies in de kranten van Dylans concert van gisteravond in Afas Live. Ze bevatten – hoe kan het ook anders – het gebruikelijke gezeur. Velen spreken over de 'mindere momenten' en het zogenoemde gepingel op piano, waarachter Dylan zich verschool, het publiek dat niet gediend werd met schermen, de telefoons in afgesloten cases – mooie momenten worden dan ook wel weer benoemd. Toch is zulke taal net zo plat en net zo nietszeggend als de sterren die gegeven worden, maar zulke taal wordt geschreven door lui die met een ander doel dan ik in de zaal zaten. Mij gaat het niet om een concert te analyseren middels de gebruikelijke 'recensietaal' of een aantal sterren. Net zo min beleefde ik het concert met een recensie die geschreven dient te worden in het achterhoofd. Nee, het ging om de meester weer voor het eerst in vijfenhalf jaar te zien, zij het van een grote afstand – die overigens niet hinderde – te horen wat Dylan bereikte met het spelen van werk van het nieuwe album en wat oud werk, zoals altijd bewerkt met nieuwe arrangementen, nieuwe regels, helemaal in het geval van 'Gotta Serve Somebody', waarvan de tekst bijna volledig herschreven was. Toch stond die ene regel: "You've gotta serve somebody, might be the devil, might be the Lord" – die Bijbelse wijsheid – nog steeds als een huis. Net als de nummers van 'Rough and Rowdy Ways', die weliswaar herkenbaarder waren met het album in het achterhoofd, maar waarin er ook ruimte was voor de band om zich te ontplooien, net als voor de bard zelf op piano. Wat door recensenten gepingel wordt genoemd, noem ik zichtbaar, hoorbaar en voelbaar plezier.

En toen – waar het concert net zo goed voorbij leek gevlogen als dat het voelde als een positieve eeuwigheid – het laatste stuk – met het gevoel van extase dat geen moment geweken is bij het concert, dat nog een extra zetje kreeg. Een nummer dat zo dierbaar is, zo vertrouwd, maar dat ik nimmer live heb gehoord: 'Every Grain of Sand'. Toen kwamen de tranen, greep ik de hand van mijn vader vol wederzijdse herkenning. En kwam, na de grootste minuten vol Nobelprijswaardige, gezongen poëzie, het eerste mondharmonica-spel van de avond. Een moment van catharsis, waar geen sterren aan gegeven kunnen worden. Slechts de woorden: de meester aan het werk.


Reacties

Een reactie posten

Populaire posts